Omgevingconnect : Fijn stof uitstoot beperken in uw gemeente: het beleid voorziet maatregelen!

Terug naar overzicht

Het is algemeen gekend dat fijn stof schadelijk kan zijn voor de gezondheid. Fijnstofdeeltjes zijn deeltjes die kleiner zijn dan 10 of 2,5 micrometer (µm). Doordat ze zo klein zijn, kunnen ze diep doordringen in de longen en dus schadelijk zijn voor onze gezondheid.

De Vlaamse Milieumaatschappij (VMM) onderzoekt reeds jaren de samenstelling van dit fijn stof tijdens haar Chemkar-projecten (Chemische Karakterisering). Deze projecten leren ons wat over de bronnen en oorzaken van het gemeten fijn stof. De samenstelling kan sterk verschillen van plaats tot plaats en van dag tot dag. De Vlaamse Regering heeft alvast voor twee bronnen maatregelen ingevoerd die door alle gemeentes en steden kunnen toegepast worden bij bouwwerken en vervoer.
 

Vanaf 01/01/2017: Nieuwe regels beperking stof bij bouwwerken

Met de goedkeuring van de VLAREM-trein 2015 werd een nieuw hoofdstuk toegevoegd aan Deel 6 van VLAREM II voor de zogenaamde niet-ingedeelde inrichtingen.

Het Hoofdstuk 6.12 handelt over de ‘Beheersing van stofemissies tijdens bouw-, sloop- en infrastructuurwerken.’ Vanaf 1 januari 2017 is een aannemer verplicht om bij bouw-, sloop- en infrastructuurwerken de stofemissies zo laag mogelijk te houden.

Voor wie?

Alle bouw-, sloop- en infrastructuurwerken uitgevoerd in open lucht door een aannemer en die langer duren dan één dag. Activiteiten door een particulier vallen hier niet onder.

Wat doen?

Er zijn vier concrete maatregelen voorgeschreven voor het voorkomen van stofemissies die afkomstig zijn van breekwerken, zandstralen, polijsten, slijpen, boren, frezen, zagen en slopen. Minimaal één van de vier maatregelen moet genomen worden, namelijk:

  1. Afscherming met doeken of zeilen
  2. Beneveling van de locatie waar de werken worden uitgevoerd
  3. Bevochtiging ter hoogte van de apparatuur
  4. Rechtstreekse afzuiging op breekhamers, polijstmachines, slijpschijven, boormachines, freesmachines en schuurmachines

Aanvullend moet er verneveling of bevochtiging zijn bij sloopwerken onder droge of winderige weersomstandigheden waarbij visueel waarneembare stofverspreiding optreedt.

In de periode voorafgaand aan 1 januari 2017 zal de Vlaamse overheid nog een sensibilisatiecampagne voeren om de wetgeving bekend te maken aan de vele aannemers en bouwbedrijven die er door zullen gevat worden.

Vanaf 01/03/2017: gemeenten kunnen LEZ of lage-emissiezones invoeren

Een LEZ is een afgebakend gebied in de gemeente waarbinnen toegangsvoorwaarden gelden voor bepaalde voertuigcategorieën op basis van de uitstoot van het voertuig.  Vooral oude dieselwagens worden hierbij geviseerd om de negatieve gezondheidseffecten van luchtverontreiniging te verminderen. Dankzij het goedgekeurd uitvoeringsbesluit van Vlaams minister van Leefmilieu Joke Schauvliege kunnen de gemeentes vanaf 1 maart 2016 nu zelf de LEZ invoeren. In de praktijk zal de eerste lage-emissiezone vermoedelijk pas begin volgend jaar worden ingevoerd omdat het opzetten van een goed en sluitend handhavingssysteem nog enkele maanden in beslag zal nemen.  De stad Antwerpen is van plan om de maatregel in te voeren vanaf 1 februari 2017.

Een nieuw verkeersbord voor lage-emissiezones is alvast in de Wegcode opgenomen !

Toegelaten voertuigen

De toegangsvoorwaarden gelden voor personenwagens, bestelwagens, vrachtwagens, autobussen, autocars, landbouw- en bosbouwvoertuigen. Alle andere voertuigcategorieën (bv. bromfietsen of moto’s) worden zonder voorwaarden toegelaten in de zone. Als toegangscriterium wordt de euronorm, een Europese milieustandaard voor voertuigen, gebruikt. Hoe lager de euronorm, hoe hoger de uitstoot. De euronorm staat vermeld op het inschrijvingsbewijs van het voertuig. Als de euronorm niet vermeld staat op het inschrijvingsbewijs dan wordt de datum waarop het voertuig voor de eerste keer is ingeschreven gebruikt om de euronorm te bepalen.

De toegangsvoorwaarden zijn strenger voor dieselvoertuigen dan voor benzine- of aardgasvoertuigen omdat dieselvoertuigen meer fijn stof en stikstofoxiden uitstoten. Elektrische voertuigen, plug-in-hybride voertuigen met een maximale CO2 uitstoot van 50 g/km of met waterstof aangedreven voertuigen mogen steeds een lage-emissiezone binnenrijden omdat deze voertuigen lokaal weinig luchtverontreiniging uitstoten. De visie van de Vlaamse Regering waarbij milieuvriendelijke voertuigen (fiscaal) worden bevoordeeld wordt zo verder toegepast. Voertuigen gebruikt voor of door personen met een handicap die aan de uitzonderingsvoorwaarden voldoen mogen de LEZ binnenrijden ongeacht de milieukenmerken van het voertuig. Deze uitzondering wordt opgenomen omdat personen met een handicap vaak minder mobiel zijn en niet zomaar gebruik kunnen maken van alternatieve vervoersmiddelen.

In de eerste fase, die loopt tot 1 januari 2020, mogen dieselvoertuigen die minimaal aan de euro 4-norm voldoen, en benzine- of aardgasvoertuigen die minimaal aan de euro 1-norm voldoen, een lage-emissiezone binnenrijden. Als overgangsmaatregel worden tijdens de eerste fase ook euro 3-dieselvoertuigen toegelaten op voorwaarde dat ze uitgerust zijn met een roetfilter die minstens 30 % van de roetuitstoot opvangt. Deze sociale maatregel geeft de eigenaars van euro 3 dieselvoertuigen enkele jaren tijd om te beslissen of ze een ander, milieuvriendelijker, voertuig zullen aanschaffen of niet. De kosten voor de installatie van een roetfilter bedragen gemiddeld 660 euro. Via de Vlaamse roetfilterpremie worden alle kosten, die aan de installatie verbonden zijn, bovendien volledig terugbetaald tot een maximumbedrag van 600 euro (meer info:www.roetfilterpremie.be).

Vanaf 1 januari 2020 en 1 januari 2025 zullen telkens strengere voorwaarden (euronormen) gelden.

Gemeenten kunnen bepaalde categorieën van voertuigen, die niet aan de gewestelijke toegangscriteria voldoen, tijdelijk in hun lage-emissiezone toelaten tegen betaling. De Vlaamse Regering verbindt hieraan wel een aantal voorwaarden. Zo moeten de gemeenten een sociaal tarief hanteren voor mensen die recht hebben op een verhoogde tegemoetkoming in de gezondheidszorg en moeten de tarieven hoger zijn voor voertuigen die meer uitstoten. Hierop is enkel een uitzondering mogelijk voor voertuigen die ouder zijn dan 40 jaar, voor voertuigen die speciaal zijn uitgerust voor het toezicht, de controle en het onderhoud van infrastructuur en installaties van algemeen belang en voor voertuigen die gebruikt worden voor noodsituaties of reddingsoperaties. De lokale toelating is enkel geldig in de betrokken gemeente. (Bron: website lne, woordvoerdster Brigitte Borgmans)

Uittreksel uit een zoneringsplan (bron: vmm.be)

Terug naar overzicht

Schrijf je in op onze nieuwsbrief!

Enkele projecten